Testen

Visuele screening

Kijken doe je met je ogen, maar het ‘zien’ wordt door de hersenen geregeld. Een visuele disfunctie kan de oorzaak zijn van ‘leerproblemen’. Als dit niet op tijd wordt gediagnosticeerd ontstaan er problemen.

Als we ergens naar kijken, moeten beide ogen goed samenwerken om tot één beeld te komen.

Lukt het de hersenen niet om de beelden van de beide ogen tot één enkel beeld te versmelten wordt kijken onduidelijk en het ‘zien’ in de hersenen geeft problemen.

Kinderen met een visuele disfunctie vinden vaak lezen en schrijven niet leuk. Het zijn de kinderen die niet graag lezen, lezen het liefst vermijden, buiten de lijnen schrijven etc.

 

 

Daarnaast hebben deze kinderen vaak stress opgebouwd omdat iets niet lukt; ondanks enorme inspanning om het goed te doen. Dit geeft lichamelijke klachten, zoals bijv. hoofdpijn, nekpijn, branderige ogen etc. Deze kinderen kunnen als dyslectisch getypeerd of gediagnosticeerd worden.

Als visueel screener kijk ik met de bioptor naar de samenwerking van de ogen om eventuele visuele disfuncties te signaleren.
Met een visuele training en/of een (prisma)bril kan ervoor gezorgd worden dat de input van beeldmateriaal juist verwerkt wordt en dat een kind zijn eigen ogen kan geloven. De bril en/of training is geen geneesmiddel, maar een hulpmiddel. Vaak zullen er snelle ‘wonderlijke’ verbeteringen plaatsvinden zoals afname van eventueel aanwezige hoofdpijn en nekklachten, een sprong in de leerprestatie en het lekkerder in je vel zitten. Rustiger en ontspannener kijken is voor veel kinderen een duidelijk herkenbare vooruitgang.

Ik werk samen met een opticien en orthoptist. Als de screening te afwijkend is verwijs ik het kind naar hen.
Regelmatig hebben we overleg om ‘up to date’ te blijven.

 

Afname met het wereldspel.

Het Wereldspel i het enige non-verbale onderzoeksinstrument ter wereld.

Met dit onderzoeksinstrument krijg je zicht op iemands binnenwereld, diens leeringang en cognitieve capaciteiten.

Juist het feit dat er tijdens de afname niet gesproken of geschreven hoeft te worden, maakt het een zeer laagdrempelig instrument.

Vooral in situaties waar taal- en/of communicatieproblemen het afnemen van reguliere testen bemoeilijken, zoals bij dyslexie, TOS, ASS, ADHD, afasie, een andere taal/cultuur, en (2E)begaafdheid.

Het Wereldspel kan vanaf een leeftijd van 5 jaar ingezet worden. Binnen het onderwijs maakt het als preventief en oriënterend instrument altijd deel uit van een compleet individueel Onderwijskundig Onderzoek en/of eerder verkregen didactische gegevens. Binnen de leerondersteuning is het een waardevolle aanvulling op de begeleiding/coaching.
Het geeft duidelijkheid met welke leeringang een kind leert. De visuele, auditieve of beiden.

Om te bepalen of er sprake is van een visuele leeringang (beelddenken), een auditieve leeringang (taaldenken), of beiden, wordt het wereldspel afgenomen.
Dit is een non-verbaal onderzoeksinstrument, dat bestaat uit 160 elementen (huisjes, bomen, beesten enz.). Hiermee wordt een dorp gebouwd. Uit de wijze van vormgeven kan worden afgeleid hoe een kind leert.

• Een belangrijke categorie hierbij is ‘het koppelen’. Wanneer er een overmaat van het materiaal gekoppeld is, dan wijst dit bijna altijd in de richting van beelddenken (63%).

• Wordt er vaak materiaal in het dorp op een eigen manier gebruikt, anders dan oorspronkelijk bedoeld, dan noemen we dit: overdrachtelijk materiaalgebruik
genoemd. Dit wijst bijna altijd in de richting van beelddenken.

• Wordt er zeer weinig materiaal gebruikt om juist heel veel aan te geven, dan wordt dit conceptueel materiaalgebruik genoemd. Dit wijst bijna altijd in de richting van beelddenken.

• Wordt bovenstaande niet in het wereldspel gezien, dan wijst dit bijna altijd in de richting van taaldenken.

Ook kunnen persoonlijkheidskenmerken in het wereldspel naar voren komen.



WISC-V
Een intelligentieonderzoek met de WISC-V (Wechsler Intelligence Scale for Childeren) is een test die helpt om het denkvermogen en de cognitieve vaardigheden van een kind te meten. Tijdens het onderzoek zal de orthopedagoog vragen stellen, taken geven en soms puzzels presenteren om te begrijpen hoe het kind problemen kan oplossen, informatie kan verwerken en nieuwe dingen kan leren.
Dit helpt ouders en leraren om inzicht te krijgen in de sterke punten en ontwikkelingsbehoeften van het kind.
Het doel is om te begrijpen hoe het kind leert en groeit en om de juiste onderwijs- en ontwikkelingsondersteuning te bieden op basis van de resultaten op de WISC-V.
De testafname duurt ongeveer 2 uur, waarna de orthopedagoog een onderzoeksverslag maakt en dit bespreekt met ouders en indien gewenst met school.